Blog van medewerkers
- Fictief beroep alleen mogelijk maken voor herstel- en reparatiebesluiten.
- Voor het aannemen van een reparatiebesluit een nadrukkelijke relatie eisen met de beroepsgronden in het reële beroep (het beroep tegen het oorspronkelijke besluit). De gebiedsgewijze benadering moet worden verlaten.
- De kring van gerechtigden beperken tot degenen die door het hangende beroep genomen besluit in een nadeligere positie komen en degenen die tegen het oorspronkelijke besluit geen beroep hebben ingesteld, maar door gewijzigde feiten of omstandigheden nu wel in beroep gaan.
- Bij gecombineerde besluiten geen fictief beroep aannemen maar rechtsbescherming construeren door het instellen van reëel beroep tegen het hangende beroep genomen besluit.
Afsluitende opmerkingen
Nu de conclusie is uitgebracht zullen de partijen in de procedure de mogelijkheid krijgen om op de conclusie te reageren. Daarna kan de ABRvS uitspraak doen. De conclusie is hiervoor niet bindend, maar dient als een voorlichting voor de Afdeling. Dit artikel is geschreven door Rutger Boogers en Anne Verberne.
[post_title] => Conclusie staatsraad A-G over toepassing van artikel 6:19 Awb bij ruimtelijke plannen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => conclusie-staatsraad-a-g-over-toepassing-van-artikel-619-awb-bij-ruimtelijke-plannen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 14:50:18
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 12:50:18
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=42495
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 42135
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-05-16 10:56:36
[post_date_gmt] => 2024-05-16 08:56:36
[post_content] => Inleiding
Dit artikel is de vierde editie van onze jurisprudentiereeks over de Omgevingswet. In deze editie komt de rechtspraak uit april 2024 aan bod. Een belangrijke uitspraak in april werd gedaan door de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland. In die uitspraak heeft de voorzieningenrechter getoetst aan het criterium een ‘evenwichtige toedeling van functies aan locaties’ en tevens beoordeelt of voldoende uitvoering was gegeven aan de participatieverplichting. Over deze uitspraak hebben wij eerder een apart blog geschreven.Inhoudelijk
Handhaving onder de Omgevingswet[ECLI:NL:RBNHO:2024:3970]
Goedkeuringseisen[ECLI:NL:RBOBR:2024:1490]
Geen materieel groot verschil tussen toetsing handhavingsbesluit Wabo en Omgevingswet[ECLI:NL:RBOVE:2024:2298]
Vergunningvrije ontgrondingsactiviteiten[ECLI:NL:RVS:2024:1439]
Overgangsrecht
Ruimtelijke plannen op aanvraag[ECLI:NL:RVS:2024:1529]
Overgangsstelsel vergunningplicht bij gemeentelijk monument[ECLI:NL:RBMNE:2024:2156]
[post_title] => Jurisprudentie overzicht vierde maand Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => jurisprudentie-overzicht-vierde-maand-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 14:49:44
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 12:49:44
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=42135
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 41908
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-04-24 10:50:45
[post_date_gmt] => 2024-04-24 08:50:45
[post_content] => Inleiding
In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland gaat het over rechterlijke toetsing van het criterium ‘evenwichtige toedeling van functies aan locaties’ dat van toepassing is bij deDe buitenplanse omgevingsactiviteit (BOPA)
Per 1 januari 2024 is het bestemmingsplan vervangen door het omgevingsplan. Iedere gemeente heeft één omgevingsplan dat de algemene regels voor de fysieke leefomgeving omvat. Wanneer een initiatief niet binnen de regels van het omgevingsplan past zijn er toch manieren waardoor het initiatiefUitspraak van de Rechtbank Gelderland
Het gaat in deze zaak om een verleende omgevingsvergunning voor het opvangen van asielzoekers in een hotel. Op grond van het omgevingsplan was de opvang van asielzoekersBeoordeling voorzieningenrechter: evenwichtige toedeling van functies aan locaties
Of er sprake is van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties wordt door de voorzieningenrechter beoordeeld door te kijken naar de- Veiligheid en overlast
- Toerisme
- Zwemschool
- Ruimtelijke onderbouwing
- Alternatieve locaties
Beoordeling voorzieningenrechter: participatie
Participatie betekent het inwinnen van meningen over een voorgenomen initiatief. Participatie door de initiatiefnemer bij de voorbereiding van een omgevingsvergunning is in beginsel vrijwillig. Bij een omgevingsvergunning voor een BOPA kan de gemeenteraad echter gevallen aanwijzen waarbij participatie een verplichting is. In de zaak gaat het om zo een aangewezen geval, de gemeenteraad heeft namelijk in het beleid vastgelegd dat voor alle omgevingsvergunningen voor BOPA’sConclusie
Door middel van deze uitspraak is duidelijk geworden welke aspecten een rol kunnen spelen in de beoordeling of er een evenwichtige toedeling van functies aan locaties is. Zo heeft de voorzieningenrechter bevestigd dat sociale veiligheid en overlast aspecten zijn die in betrekking dienen te worden genomen. Daarnaast is de voorzieningenrechter ingegaan op de vraag of er voldoende aan participatie is gedaan. Dit artikel is geschreven door Rutger Boogers en Anne Verberne.
[post_title] => Rechterlijke uitspraak BOPA
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => rechterlijke-uitspraak-bopa
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 15:15:22
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 13:15:22
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41908
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 41817
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-04-11 14:17:10
[post_date_gmt] => 2024-04-11 12:17:10
[post_content] => Inleiding
In het derde deel van onze jurisprudentiereeks over de Omgevingswet wordt de rechtspraak gepubliceerd inInhoudelijk
- Rechterlijke toetsing BOPA [ECLI:NL:RBGEL:2024:1822]
- Vooruitblik omgevingsvergunningen [ECLI:NL:RBOBR:2024:1073]
- Burgerparticipatie [ECLI:NL:RBNHO:2024:3117]
Overgangsrecht
- Vervolgbesluiten [ECLI:NL:RVS:2024:1174]
- Bestemmingsplannen zijn met de inwerkingtreding van de Omgevingswet onderdeel geworden van het omgevingsplan. Wanneer een bestemmingsplan wordt vernietigd betekent dit dat op eventuele nieuwe besluiten de Omgevingswet van toepassing Dit volgt uit het overgangsrecht, hierin is vastgelegd dat de Wet ruimtelijke ordening van toepassing blijft op een bestemmingsplan tot dat plan van kracht is, of te wel in werking is getreden. Hierna ‘verliest’ het overgangsrecht haar werking en gaat het niet opnieuw werken voor een vernietigd plan.
- Wordt een plan eerst geheel of gedeeltelijk geschorst naar aanleiding van een verzoek ingediend buiten de beroepstermijn en vervolgens door de Afdeling vernietigd, dan is op een eventueel nieuw besluit de Omgevingswet van toepassing. Ook in deze situatie is het bestemmingsplan namelijk in werking getreden en is het overgangsrecht dus uitgewerkt.
- Wordt een plan daarentegen in zijn geheel geschorst naar aanleiding van een verzoek ingediend binnen de beroepstermijn en wordt het plan daarna volledig vernietigd, dan is de Wet ruimtelijke ordening van toepassing. In deze situatie is het plan nooit in werking getreden en heeft het overgangsrecht haar werking niet verloren.
- Wordt een plan gedeeltelijk geschorst naar aanleiding van een verzoek ingediend binnen de beroepstermijn en wordt het plan daarna gedeeltelijk vernietigd, dan is de Wet ruimtelijke ordening van toepassing.
- Wordt een plan gedeeltelijk geschorst naar aanleiding van een verzoek ingediend binnen de beroepstermijn maar wordt het plan daarna volledig vernietigd, dan is de Omgevingswet van toepassing. Dit is omdat het merendeel van het plan in werking is getreden is, op een nieuw besluit is dus de Omgevingswet van toepassing.
- Wordt op grond van artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht een nieuw besluit over een bestemmingsplan dat nog in procedure is bij de Afdeling genomen, dan is de Wet ruimtelijke ordening van toepassing. Dit is ook het geval voor vervolgbesluiten waarin uitvoering wordt gegeven aan een tussenuitspraak van de Afdeling.
- Andere wettelijke systematiek bij handhaving [ECLI:NL:RBMNE:2024:1849]
- Standaardoverwegingen overgangsrecht
- Intrekking natuurvergunning [ECLI:NL:RBNNE:2024:855]
- Intrekking revisievergunning [ECLI:NL:RBOBR:2024:1037]
- Recht van toepassing op de vraag of er sprake is van een overtreding [ECLI:NL:RBOVE:2024:1473]
[post_title] => Jurisprudentie overzicht derde maand Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => jurisprudentie-overzicht-derde-maand-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 14:46:42
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 12:46:42
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41817
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 41782
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-04-05 13:58:34
[post_date_gmt] => 2024-04-05 11:58:34
[post_content] => Inleiding
Onder vigeur van de Wro kon een bestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid, uitwerkingsplicht of afwijkingsbevoegdheid bevatten. De Wro is komen teWet ruimtelijke ordening (oud recht)
In de Wet ruimtelijke ordening waren de volgende bevoegdheden opgenomen:- Wijzigingsbevoegdheid [art. 3.6 lid 1 sub a Wro]
- Uitwerkingsplicht [art. 3.6 lid 1 sub b Wro]
- Binnenplans afwijken [art. 3.6 lid 1 sub c Wro]
Wat is er veranderd?
Onder de Wet ruimtelijke ordening werd nog gebruik gemaakt van bestemmingsplannen, dit is met de inwerkingtreding van de OmgevingswetOvergangsrecht
Het overgangsrecht is opgenomen in de bruidsschat, deze is te vinden in hoofdstuk 22 van de Omgevingswet. De bruidsschat wordt van rechtswege opgenomen in het- Uit artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet volgt dat in het tijdelijke deel van het omgevingsplan besluiten als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet zijn opgenomen. In dat artikel is onder g het bestemmingsplan opgenomen. Daarnaast zijn onder h en i het wijzigingsplan en het uitwerkingsplan opgenomen.
- Uit artikel 22.10 van de Omgevingswet volgt dat in het tijdelijke deel van het omgevingsplan de regels als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, sub c, van de Wet ruimtelijke orde (binnenplans afwijken) zijn opgenomen, deze gelden als beoordelingsregels bij het verlenen van de omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit. Zolang de regels niet worden vervangen door nieuwe beoordelingsregels dienen aanvragen te worden beoordeeld aan de hand van de huidige regels uit de bestemmingsplannen.
Omgevingswet
In de Omgevingswet zijn de wijzigingsbevoegdheid en uitwerkingsplicht niet opgenomen. In plaats daarvan kent de Omgevingswet artikel 2.8, waaruit deRelevantie van de wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsplichten onder de Omgevingswet
- Beoordelingsregels
In artikel 22.26 van de Bruidsschat is een binnenplanse
vergunningplichtvoor bouwactiviteiten opgenomen. De omgevingsvergunning voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit kan worden verleend wanneer die voldoet aan de regels voor de wijzigingsbevoegdheden of uitwerkingsplichten. Dit is alleen het geval indien het gaat om een bouwactiviteit of het in stand houden en het gebruik van een te bouwen bouwwerk [art. 22.29 en 22.32 Bruidsschat].
Relevantie van de afwijkingsbevoegdheden onder de Omgevingswet
- Verbod om activiteit zonder omgevingsvergunning te verrichten In het tijdelijke deel van het omgevingsplan zijn regels waarin is bepaald dat bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken. Dit zijn de regels die op grond van art. 3.6 lid 1 sub c Wro in de bestemmingsplannen waren opgenomen. In artikel 22.280 van de Bruidsschat wordt bevestigd dat deze bepalingen in het tijdelijk deel gelden als binnenplans verbod om de activiteit zonder omgevingsvergunning te verrichten.
Concluderend
Uit het overgangsrecht volgt dat vastgestelde of ter inzage gelegde wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen hun werking blijven houden. Daarnaast blijven de regels relevant als
[post_title] => Wijzigingsbevoegdheid, uitwerkingsplicht en binnenplans afwijken onder de Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => wijzigingsbevoegdheid-uitwerkingsplicht-en-binnenplans-afwijken-onder-de-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 16:05:57
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 14:05:57
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41782
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 41738
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-03-27 11:29:10
[post_date_gmt] => 2024-03-27 10:29:10
[post_content] => Inleiding
Met de inwerkingtreding vanOvergangsrecht
Om de overgang van het huidige stelsel naar de nieuwe gedecentraliseerde regels goed te laten verlopen is er een bijzondere vorm vanWat is de bruidsschat
De bruidsschat is een set overgangsregels voor de decentralisering van het omgevingsbeleid. Per 1 januari 2024 is een groot aantal rijksregels vervallen.Rechtsgebieden onder de bruidsschat
Voor, globaal genomen, de volgende onderwerpen worden regels gedecentraliseerd:- Regels over milieubelastende activiteiten (inclusief horeca, recreatie en detailhandel)
- Regels over lozingen
- Regels over de gevolgen van emissies van geluid, geur en trillingen door bedrijven
- Regels op het gebied van bouwen
- Regels voor indieningsvereisten
Oude bronnen voor de bruidsschat
- Het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling
- Het Besluit lozing afvalwater huishoudens
- De Waterwet
- De Woningwet
- Het Bouwbesluit
De bruidsschatregels
De regels opgenomen in de bruidsschat zijn niet geheel identiek aan het oude recht. Uit de Omgevingswet volgt dat deGeen bruidsschat voor provincies
De decentralisatie van het omgevingsbeleid geldt ook voor de provincies. Maar de provincies krijgen geen bruidsschat omdat de omgevingsverordeningen gelijktijdig met de invoering van de Omgevingswet klaar dienen te zijn.Conclusie
Op 1 januari 2024 hebbenLees hier de artikelen uit de blogreeks: Deel 1: De Omgevingsvisie Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels Deel 4: Het Omgevingsplan Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet Deel 6: De omgevingsplanactiviteit Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie Deel 11: Het projectbesluit Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_title] => De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => de-bruidsschat-en-overgangsrecht
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-27 11:29:58
[post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:29:58
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41738
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 41671
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-03-22 15:36:28
[post_date_gmt] => 2024-03-22 14:36:28
[post_content] => Inleiding
Om te mogen bouwen of verbouwen zal vaak een omgevingsvergunning nodig zijn. Maar, dit is niet altijd het geval. Er zijn ook situaties waarin vergunningvrij gebouwd mag worden. De regels over vergunningen om te bouwen waren voor de inwerkingtreding geregeld in de Wabo. Per 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden en is het systeem voor vergunningvrij bouwen veranderd. In deze blog leg ik uit hoe het oude stelsel in elkaar zat en wat er sinds 1 januari 2024 is gewijzigd.Hoe was het geregeld vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet?
De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) regelt in artikel 2.1 dat het verboden is om zonder een omgevingsvergunning een project, waaronder het bouwen van een bouwwerk, uit te voeren. Bij algemene maatregel van bestuur is vastgelegd voor welke activiteiten dit verbod niet geldt. Deze uitzonderingen staan in het Besluit omgevingsrecht (Bor). Hierin is geregeld in welke specifieke gevallen voor het bouwen van een bouwwerk géén vergunning is vereist. Dit betekent dat onder het oude stelsel in beginsel voor bouwen altijd een omgevingsvergunning nodig was.Hoe is het geregeld onder de Omgevingswet?
De regeling voor vergunningvrij bouwen uit de Wabo en het Bor is vervallen met de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024. In artikel 5.1, tweede lid, onder a, Omgevingswet is een verbod vastgelegd:- Verschil met het oude stelsel: Onder de Wabo bestond dus het uitgangspunt dat een vergunning nodig is, tenzij het bij algemene maatregel van bestuur is vastgesteld dat dit niet zo is. Onder de Omgevingswet daarentegen is het dus zo dat er een vergunning nodig is, indien dit bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen. In beginsel is voor een bouwactiviteit onder de Omgevingswet dus géén omgevingsvergunning vereist.
‘De knip’
Onder de Omgevingswet wordt onderscheid gemaakt tussen twee verschillende situaties voor omgevingsvergunningen:Een omgevingsvergunning voor een technische bouwactiviteit.- Paragraaf 2.3.2 Bbl gaat over vergunningplichtige gevallen bij bouwactiviteiten. - Artikel 2.25 Bbl geeft aan wanneer bouwwerken met een dak onder het verbod op vergunningvrij bouwen uit art. 5.1 lid 2 sub a Ow vallen. - Artikel 2.26 Bbl geeft aan wanneer bouwwerken zonder dak onder het verbod op vergunningvrij bouwen uit art. 5.1 lid 2 sub a Ow vallen.
- Is een technische bouwactiviteit niet opgenomen in deze artikelen of valt het buiten de gestelde eisen, dan is er dus géén omgevingsvergunning vereist. - Dit betekent dat wanneer een bouwwerk met een dak op de grond staat, niet hoger is dan 5 meter, maar één bouwlaag heeft of géén verblijfsgebied op de tweede bouwlaag of hoger heeft, géén niet op de grond gelegen buitenruimte heeft en het geen hoofdgebouw wordt, het niet valt onder de reikwijdte van artikel 2.25 Bbl en het dus vergunningvrij is. - Een bouwwerk zonder dak is vergunningvrij indien het niet hoger is dan 5 meter, het bovengronds is gelegen, wanneer het om een sport-of speeltoestel gaat dat lager is dan 4 meter of alleen functioneert met behulp van zwaartekracht of fysieke menselijk kracht, het gaat om een constructie om een terreinhoogteverschil te overbruggen die lager is dan 1 meter of het aansluitende afwerkende terrein, het gaat om een erf- of perceelafscheiding lager dan 2 meter of wanneer het gaat om een schotelantenne die lager is dan 3 meter en een doorsnede heeft van minder dan 2 meter.
- Ook indien een technische bouwactiviteit wel is opgenomen in artikelen 2.25 en 2.26 Bbl, kan het zijn dat er géén omgevingsvergunning is vereist. Dit gaat om de gevallen opgenomen in artikel 2.27 Bbl. Hierin zijn onder andere opgenomen bouwactiviteiten met betrekking op het gedeeltelijk vernieuwen of veranderen van een bouwwerk waarbij de draagconstructie, brandcompartimenten en de gevelisolatie niet wijzigen of het bouwen van een dakkapel of daklichtvoorziening.
Een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit.
- Een omgevingsplanactiviteit is een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is vastgelegd dat een vergunning nodig is of een activiteit die in strijd is het met omgevingsplan en hierdoor een vergunning is vereist om af te wijken.
- Dit betekent dat het hier bij algemene maatregel van bestuur dient te zijn vastgelegd dat er géén omgevingsvergunning vereist is. Deze gevallen zijn vastgelegd in artikel 2.29 Bbl. - Er is onder andere géén omgevingsvergunning vereist voor verrichten van ‘gewoon onderhoud’, het in bepaalde gevallen plaatsen van een dakkapel of daglichtvoorziening in een dak, het in bepaalde gevallen plaatsen van zonwering of het plaatsen van een afscheiding tussen balkons of dakterrassen.
- Bruidsschat In de bruidsschat heeft het Rijk een set overgangsregels meegegeven aan gemeenten, die deze gedurende een transitiefase kunnen overnemen in het omgevingsplan. In deze bruidsschat is een aantal vergunningvrije activiteiten aangewezen. Omdat gemeenten binnen het kader van de Omgevingswet de regels uit de bruidsschat kunnen aanpassen, zal het uiteindelijk per gemeente wisselend zijn wat vergunningvrij is.
De kruimelregeling
Vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet was in het Besluit omgevingsrecht (Bor) een lijst met gevallen opgenomen waarbij het mogelijk is om af te wijken van het bestemmingsplan met een reguliere vergunningprocedure van 8 weken. Deze lijst is met de komst van de Omgevingswet vervallen. De kruimelregeling is onder de Omgevingswet niet meer nodig doordat de reguliere procedure voor vergunningen altijd van toepassing zal zijn, ook als het gaat om afwijken van het bestemmingsplan.Concluderend
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet hebben dus belangrijke veranderingen plaatsgevonden op het terrein van vergunningvrij bouwen. Het is belangrijk om te onthouden dat bouwen pas geheel vergunningvrij is wanneer voor beide de technische bouwactiviteit en het ruimtelijke deel (de omgevingsplanactiviteit) geen vergunning nodig is. Artikel is geschreven door Rutger Boogers en Anne Verberne. Heeft u vragen? Neemt u dan gerust vrijblijvend contact met: Rutger Boogers, advocaat en specialist arbeidsmigranten (boogers@bg.legal)
[post_title] => Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => vergunningvrij-bouwen-onder-de-omgevingswet-2
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-22 15:49:50
[post_modified_gmt] => 2024-03-22 14:49:50
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41671
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 41592
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-03-15 10:16:26
[post_date_gmt] => 2024-03-15 09:16:26
[post_content] => Inleiding
In de blog geplaatst op 7 februari 2024 hebben wij een overzicht gegeven van de eerste maand jurisprudentie over de Omgevingswet. In dit artikel (deel 2) doen we dit opnieuw, maar dan van de jurisprudentie in de afgelopen 6 weken.Overgangsrecht
Ook in de tweede maand is er nog veel rechtspraak over hetTracéwet[ECLI:NL:RVS:2024:486]
Erfgoedverordening[ECLI:NL:RBNHO:2024:1047]
Waterwet en Crisis- en herstelwet[ECLI:NL:RBOBR:2024:462]
Handhaving[ECLI:NL:RBGEL:2024:860]
Last on dwangsom[ECLI:NL:RVS:2024:623 en ECLI:NL:RVS:2024:482] De standaardoverweging dat een last onder dwangsom opgelegd vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet valt onder het recht zoals dat gold, tot het tijdstip waarop de last volledig is opgeheven, de dwangsom volledig is verbeurd en betaald, of de last is opgeheven is herhaaldelijk in uitspraken aan bod gekomen.
Wat is verder aan bod gekomen?
Inhoudelijke toepassing van artikel 22.8 van de Omgevingswet[ECLI:NL:RBOBR:2024:599]
Gemeente handelt in strijd met de Omgevingswet[ECLI:NL:RBOBR:2024:452]
Werking artikel 6:19 Algemene wet bestuursrecht[ECLI:NL:RVS:2024:743]
‘Kantelmomenten’[ECLI:NL:RBOBR:2024:473]
[post_title] => Jurisprudentie overzicht Omgevingswet deel 2
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => jurisprudentie-overzicht-omgevingswet-deel-2
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-15 10:37:44
[post_modified_gmt] => 2024-03-15 09:37:44
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41592
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 41276
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-02-23 11:05:41
[post_date_gmt] => 2024-02-23 10:05:41
[post_content] => Inleiding
Er wordt door veel gemeenten actief handhavend opgetreden tegen het bewonen van woningen door arbeidsmigranten. In de regel bevat een bestemmingsplanFeiten
In de betreffende woning wonen sinds 2017 twee arbeidsmigranten. Volgens het college van B&W is de huisvesting van deze arbeidsmigranten in strijd metWettelijk kader
Op het perceel rust de bestemming ‘wonen-2’ en het perceel is bestemd voor ‘woonhuizen’. De woning mag op grond daarvan alleen worden bewoond door één huishouden. Het begrip ‘Oordeel rechtbank
Volgens de rechtbank moet gekeken worden naar de feitelijke situatie om te beoordelen of er sprake is van één huishouden. De feitelijke situatie is als volgt:- de arbeidsmigranten zijn beide werknemers van de eisers;
- ze wonen sinds 2017 in de woning (op het moment van uitspraak is dat vier jaar);
- ze staan beiden op het adres ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie;
- de woning is hun hoofdverblijf, ze gaan alleen met feestdagen naar het land van herkomst;
- de kosten voor gas en elektriciteit worden door hen betaald vanaf een gezamenlijke rekening;
- ze betalen geen huur; en
- ze maken allebei schoon, koken en eten samen en maken gezamenlijk gebruik van de voorzieningen van de woning.
Hoe verhoudt deze uitspraak zich tot andere uitspraken?
In 2020 en 2018 werd door de hoogste bestuursrechter eerder geoordeeld dat een woning mocht worden gebruikt voor de huisvesting van arbeidsmigranten. In deze zaken oordeelde de Afdeling dat het begrip ‘wonen’ in het bestemmingsplan moest worden uitgelegd aan de hand van het algemeen spraakgebruik. Volgens de Afdeling kunnen onder ‘wonen’- Het belang van het wel of niet aanwezig zijn van de relatie tussen de begrippen ‘woning’ en ‘wonen’ is door Rutger Boogers eerder uitgebreid aan bod gekomen in dit artikel.
Vaak vormen arbeidsmigranten geen huishouden
Het voorgaande is dus anders in de zaak die hierboven is toegelicht. In dat geval is immers wél in het bestemmingsplan opgenomen dat de woning bestemd is voor één huishouden. Over het algemeen oordeelt- Huisvesting van seizoenarbeiders is niet op één lijn te stelen met het begrip ‘huishouden’. Er is namelijk geen sprake van continuïteit in samenstelling en onderlinge verbondenheid. De omstandigheden dat de seizoenarbeiders hetzelfde werk verrichten, dezelfde nationaliteit hebben en samen de zorg dragen voor de huishouding is niet voldoende [ECLI:NL:RVS:2007:BA4193].
- Naast de bewoning door een gezin of een samenlevingsverband is het mogelijke dat minder traditionele woonvormen on de algemene woonbestemming vallen. Er moet dan wel sprake zijn van (nagenoeg) zelfstandige bewoning met duurzaam verblijf ter plaatse. Er is continuïteit in de samenstelling vereist en er moet een onderlinge verbondenheid Het hoofdverblijf moet de betreffende woning zijn. In deze zaak werd niet voldaan aan de voorgenoemde omstandigheden en worden de omstandigheden dat de arbeidsmigranten hetzelfde werk verrichten en gezamenlijk de huishouding doen niet voldoende geacht [ECLI:NL:RBMID:2010:BL6803].
- Alhoewel de arbeidsmigranten voor langere tijd in de woning verblijven kan bewoning door één huishouden niet worden aangenomen om de volgende redenen. Er is geen sprake van een onderliggende overeenkomst, er is geen sprake van continuïteit in de samenstelling of onderlinge verbondenheid van de bewoners. Er is geen intentie om voor onbepaalde tijd één huishouden te vormen [ECLI:NL:RBMNE:2017:2227].
Voor de praktijk
Uit de jurisprudentie kan worden afgeleid dat voor de kwalificatie ‘één huishouden’ over het algemeen sprake moet zijn van continuïteit in de samenstelling, nagenoeg
[post_title] => Kunnen arbeidsmigranten samen 'één huishouden' vormen?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => kunnen-arbeidsmigranten-samen-een-huishouden-vormen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-07-17 11:01:06
[post_modified_gmt] => 2024-07-17 09:01:06
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41276
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 41096
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-02-14 10:31:39
[post_date_gmt] => 2024-02-14 09:31:39
[post_content] => Inleiding
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2024 is handhaving geregeld in hoofdstuk 18 van de Omgevingswet. DitVerbodsbepalingen
Onder het oude recht was de wettelijke grondslag voor handhaving van het omgevingsrecht geregeld in de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wabo. Door een project zonder omgevingsvergunning uit te voeren werd bijvoorbeeld artikel 2.1 lid 1 onder b van die wet overtreden. Onder de Omgevingswet zijn deHoe is handhaving geregeld onder de Omgevingswet?
Uitgangspunt is dat het college van burgemeester en wethouders het bevoegd gezag is en daarmee belast is met handhaving, tenzij een ander bestuursorgaan als bevoegd gezag is aangewezen [art. 18.2 Ow]. Het bevoegd gezag kan personen aanwijzen als toezichthouder om toezicht te houden op de naleving van de Omgevingswet [art. 18.6 Ow]. Onder de Omgevingswet is het hoofdstuk handhaving opgedeeld in- Bestuursrechtelijke handhaving
- Strafrechtelijke handhaving In deze afdeling is één artikel opgenomen over de toepasselijkheid van de Nederlandse strafwet.
- Kwaliteitsbevordering en afstemming van handhaving. Deze afdeling is van toepassing op de te verrichten werkzaamheden van het bevoegd gezag in het kader van de handhavingstaak neergelegd in artikel 18.1 Omgevingswet.
- Last onder dwangsom [art. 5:31d Awb]
- Het bestuursorgaan dat als bevoegd gezag is aangemerkt kan een last onder bestuursdwang opleggen. Dit is een maatregel die net als de last onder dwangsom gericht is op herstel, de overtreding dient te worden beëindigd en de rechtmatige situatie moet worden hersteld. Als de overtreder de situatie niet binnen een redelijke termijn herstelt doet de overheid dit en kan zij de kosten verhalen op de overtreder.
- Intrekken van een begunstigde beschikking [art. 18.10 Ow]
- Bestuurlijke boete [§18.1.4 Ow]
- Bestuurlijke strafbeschikking [art. 257ba Sv]
- Strafbaarstelling op grond van de Wet op de economische delicten [art. 18.16 Ow]
Overgangsrecht
Voor handhavingszaken die al in gang waren gezet vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet geldt overgangsrecht. Het overgangsrecht is verdeeld in ambtshalve genomen handhavingsbesluiten en handhavingsbesluiten in reactie op een handhavingsverzoek.- Indien een sanctiebesluit (ambtshalve) is genomen vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet is het oude recht van toepassing [art. 4.23 Invoeringswet Omgevingswet].
- Indien een verzoek om handhaving vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet is gedaan is het oude recht van toepassing [art. 4.3 Invoeringswet Omgevingswet] [ABRS, 24-01-2024, ECLI:NL:RVS:2024:254].
Handhaving van de algemene zorgplicht
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is er een toename aan zorgplichten. Het bevoegd gezag kan deze zorgplichten handhaven. In de Omgevingswet is een algemene zorgplicht voor de fysieke leefomgeving opgenomen [art. 1.6 Ow]. De algemene zorgplicht kan dienen als een basis voor handhaving wanneer geen regels te zijn aan te wijzen en er een ‘onmiskenbare strijd’ is met die algemene zorgplicht. Daarnaast is er een algemeen verbod opgenomen om activiteiten te verrichten die aanzienlijk nadelige gevolgen voor deConcluderend
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is veel op het gebied van handhaving hetzelfde gebleven doordat handhaving grotendeels is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht. De bijzondere handhavingsbepalingen zijn van hoofdstuk 5 Wabo naar hoofdstuk 18 Omgevingswet gegaan. Veranderingen met het oude stelsel zijn onder andere de ruime bevoegdheid om een bestuurlijke boete op te leggen en de vervanging van een groot aantal vergunningen door zorgplichten. Daarnaast is de bouwstop die als beheersmaatregel was opgenomen in artikel 5.17 Wabo is niet terug te vinden in de Omgevingswet maar valt nu onder de bestuurlijke sanctie van artikel 5:2 Awb. Dit artikel is mede geschreven door Anne VerberneLees hier de artikelen uit de blogreeks: Deel 1: De Omgevingsvisie Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels Deel 4: Het Omgevingsplan Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet Deel 6: De omgevingsplanactiviteit Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie Deel 11: Het projectbesluit Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_title] => Handhaving onder de Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => handhaving-onder-de-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-27 11:34:04
[post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:34:04
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=41096
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 42495
[post_author] => 19
[post_date] => 2024-06-11 08:59:38
[post_date_gmt] => 2024-06-11 06:59:38
[post_content] => Inleiding
De staatsraad Advocaat-generaal Nijmeijer is door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRvS) verzocht een conclusie uit te brengen over de toepassing van artikel 6:19 Awb bij opvolgende ruimtelijke plannen. Het verzoeken van een conclusie houdt in dat de ABRvS aan een staatsraad A-G kan vragen om een rechtsvraag te onderzoeken en hieroverArtikel 6:19 Awb
In een bezwaar- of beroepsprocedure over een besluit kan door het bestuursorgaan een nieuw besluit worden genomen dat het bestreden besluit wijzigt. Op deze situatie ziet artikel 6:19 Awb. Het artikel regelt dat het bezwaar of beroep tegen het bestreden besluit van rechtswege ook ziet op het besluit tot intrekking, wijziging of vervanging, tenzij partijen daarbij onvoldoende belang hebben. Er ontstaat dus van rechtswege een beroep tegen het nadere besluit, dit wordt ook wel ‘Aanleiding voor de conclusie
Bij de ABRvS loopt een zaak die ziet op een bestemmingsplan waarmee de recreatieve verhuur van woningen is beperkt. Onder dit plan was recreatieve verhuur slechts voor bepaalde woningen nog mogelijk. Tegen dit bestemmingsplan werd beroep ingesteld, waarop de gemeenteraad het bestemmingsplan opnieuw, gewijzigd vaststelde. Tegen het gewijzigde besluit werd door een grotere groepVragen aan de staatsraad A-G
Is er aanleiding om de rechtspraak over de toepassing van artikel 6:19 Awb in bestemmingsplanzaken onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro) aan te passen? Ondanks het vervallen van de Wro door de inwerkingtreding van de Omgevingswet is deze vraag nog relevant omdat het nog enige tijd zal duren voordat alle lopende bestemmingsplanprocedures zijn afgedaan. Daarnaast kan het beantwoorden van deze vraag inzicht bieden voor toekomstige toepassing van artikel 6:19 Awb in omgevingsplanzaken. Is er aanleiding om de toepassing van artikel 6:19 Awb te veranderen in zaken die gaan over de wijziging van een omgevingsplan op grond van de Omgevingswet?De conclusie
Bestemmingsplanzaken In bestemmingsplanzaken wordt artikel 6:19 Awb ruim toegepast. De drempel voor het aannemen van een fictief beroep is laag, doordat er in de rechtspraak- Fictief beroep alleen mogelijk maken voor herstel- en reparatiebesluiten.
- Voor het aannemen van een reparatiebesluit een nadrukkelijke relatie eisen met de beroepsgronden in het reële beroep (het beroep tegen het oorspronkelijke besluit). De gebiedsgewijze benadering moet worden verlaten.
- De kring van gerechtigden beperken tot degenen die door het hangende beroep genomen besluit in een nadeligere positie komen en degenen die tegen het oorspronkelijke besluit geen beroep hebben ingesteld, maar door gewijzigde feiten of omstandigheden nu wel in beroep gaan.
- Bij gecombineerde besluiten geen fictief beroep aannemen maar rechtsbescherming construeren door het instellen van reëel beroep tegen het hangende beroep genomen besluit.
Afsluitende opmerkingen
Nu de conclusie is uitgebracht zullen de partijen in de procedure de mogelijkheid krijgen om op de conclusie te reageren. Daarna kan de ABRvS uitspraak doen. De conclusie is hiervoor niet bindend, maar dient als een voorlichting voor de Afdeling. Dit artikel is geschreven door Rutger Boogers en Anne Verberne.
[post_title] => Conclusie staatsraad A-G over toepassing van artikel 6:19 Awb bij ruimtelijke plannen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => conclusie-staatsraad-a-g-over-toepassing-van-artikel-619-awb-bij-ruimtelijke-plannen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-06-14 14:50:18
[post_modified_gmt] => 2024-06-14 12:50:18
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=42495
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 107
[max_num_pages] => 11
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => e03ba02476c8bb605ac90143cfdf5a41
[query_vars_changed:WP_Query:private] => 1
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[query_cache_key:WP_Query:private] => wp_query:054370c9aa8d5286e5182a0bb3e514a7
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
24 apr 2024
27 mrt 2024
22 mrt 2024
14 feb 2024








